Flanders Investment & Trade of FIT, het Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen, zal de komende jaren werken rond drie clusters: Digital Tech, Health Tech en Climate Tech. Dat kondigde het agentschap aan tijdens de tweejaarlijkse Vlaamse Exportbeurs, die van 9 tot 11 februari digitaal plaatshad.
Wat houdt Climate Tech voor FIT juist in?
Vlaams minister-president Jan Jambon en Claire Tillekaerts, CEO van FIT: “In de strijd tegen COVID-19 evolueren wetenschap en technologie met een ongeziene snelheid. Meer dan ooit investeert FIT nu in de internationale vermarkting van Vlaamse innovatie door techdiplomaten uit te sturen naar tien innovatieve hotspots wereldwijd.” Het agentschap heeft techhubs in New York, Palo Alto, Parijs, Londen, Kopenhagen, Mumbai, Singapore, Guangzhou. Voor de posities in München en Tokio loopt een aanwervingsprocedure. Daar versterken technologieattachés en techdeputy’s de economische diplomatie, die Vlaamse bedrijven in het betrokken landen helpen netwerken en zaken uitbouwen. Ze focussen op één of meer van de drie focusdomeinen: Digital Tech, Health Tech en Climate Tech. Op 1 februari haalde FIT vier nieuwe technologieattachés uit het bedrijfsleven aan boord.
Exportcijfers
In de eerste 10 maanden van 2020 kende de Vlaamse goederenexport een terugval van 10% in vergelijking met dezelfde periode in 2019. Dat resultaat ligt in lijn met het EU-gemiddelde (-11%) en is een stuk lager dan het historische exportverlies van 21,4% in het tweede kwartaal van 2020. Vlaams minister-president Jan Jambon: “Export, goed voor 1 op de 3 Vlaamse jobs, is een levensader van de Vlaamse economie en een basispijler van de economische relance. Wetenschap en technologie bewerkstelligen die relance meer dan ooit.” Claire Tillekaerts, CEO van FIT, vult aan: “Zakenreizen zijn niet evident omdat er vaak strenge restricties gelden, terwijl de prospectie-inspanningen van exporteurs niet onderbroken mogen worden. Ook hun bestaande contacten met klanten en partners moeten ze zien te onderhouden. Het economische en diplomatieke netwerk van FIT speelt daarbij een cruciale rol.”
In welke mate de wereldwijde opstoot van COVID-19 de Vlaamse exportresultaten in het laatste kwartaal beïnvloeden, valt nog af te wachten. Vooral in Europa, dat goed is voor 35% van de mondiale goederenhandel en voor 75% van de totale Vlaamse goederenuitvoer, hield het coronavirus immers opnieuw zwaar huis.
Geïntegreerd economisch beleid voor de EU
In de tweede week na haar aanstelling, kondigde Commissievoorzitter Ursula Von der Leyen aan dat de Europese Green Deal haar topbeleidsprioriteit zou worden. Sven Schade (EU Commissie, DG R1I, A3) maakt duidelijk dat het niet in de eerste plaats gaat over een milieuprogramma, maar dat de Green Deal de richtingaanwijzer is voor verdere Europese economische groei. Hoe kunnen we een duurzame ontwikkeling beter integreren in onze groeiambities en hoe financieren we die rechtvaardige transitie?
De vorige Commissie focuste haar halfjaarlijkse rapporten op stabiliteit in de financiële markten, met name sinds de financiële crisis in 2008. Sinds 2017 bevatte de Europese semesterrapportage ook sociale aspecten. Nu gaat het eveneens over competitieve duurzaamheid. Daarin zitten de drie zuilen van duurzaamheid vervat: productiviteit, milieuzorg en ‘fairness’, maar nu aangevuld met (financiële) stabiliteit. In december 2019 legde de Commissie de ‘Annual Sustainable Growth Strategy’ vast. Daaruit vloeiden een maand later het ‘Green Deal Investment Plan’ en het ‘Just Transition Fund’ voort.
In de loop van 2020 volgden een reeks concrete omzettingen: een voorstel voor klimaatwet, een waterstofstrategie, een actieplan voor de circulaire economie, plannen voor een renovatiegolf doorheen de EU, een strategie voor de chemische sector, een strategie voor meer biodiversiteit en de ‘farm-to-fork’-strategie. Dat laatste is een mooi voorbeeld van hoe het beleid van de EU verandert: het gaat niet meer alleen om landbouwmaatregelen, maar om een ketenbenadering waarin landbouw, verwerking, distributie, consumentengedrag, natuurwaarden en een gezond dieet samen bekeken worden.
Voorlopen of afwachten?
Bedrijven kunnen ervoor kiezen om in de voorgenomen programma’s die voor hen belangrijk zijn te excelleren en voorop te lopen, of eerder afwachtend en reactief te zijn. Wanneer de Commissie een voorstel voor een nieuwe richtlijn of strategie lanceert -en er staan er de komende twee jaar heel wat op stapel- duurt het verscheidene jaren vooraleer die behandeld is in de lidstaten en het Europees Parlement. Maar vroeg of laat hebben die maatregelen effect op je bedrijf.
Voorloperbedrijven bekijken de aangekondigde initiatieven als punten op een radar, die aanduiden wat er gaat komen en in welke richting het beweegt. Ze willen er vroeg genoeg op inspelen. Als je dat doet, kun je ook gebruikmaken van de beschikbare EU-gelden. Bedrijven kunnen in bestaande plannen en projecten de bepalingen uit de Green Deal nog integreren. Voorbeelden zijn het financieringsprogramma Horizon Europe (R&I) of InvestEU.
Voor grotere projecten is er het ‘Recovery and Resilience Fund’, dat de Commissie tijdens de coronapandemie in het leven riep. Daarin is 750 miljard € ter beschikking, waarvan 40% voorbehouden voor activiteiten die passen in de ‘Green Transition’. Ten slotte zal de Europese Investeringsbank (EIB) optreden als Europese Klimaatbank en haar investeringen stelselmatig in duurzame richting sturen.
Aanpassen & investeren: in elk geval
Of je nu vooroploopt of niet, Claire Dupont (Professor European Governance UGent) benadrukt dat de klimaatverandering in elk geval de manier van produceren en zakendoen zal veranderen. Als we ze niet kunnen afwenden, zal de aanpassing nog veel groter moeten zijn: import en export zullen veranderen, er zal minder land beschikbaar zijn, grote investeringen in bijkomende infrastructuur zullen noodzakelijk worden.
Steeds meer blijkt dat het ecologische aspect van duurzame ontwikkeling eigenlijk de eerste is die we moeten aanpakken. De EU profileert zich daarenboven als wereldleider inzake duurzame ontwikkeling. Dat heeft implicaties op de internationale handel. De Europese groene agenda zal bijvoorbeeld op tafel komen bij besprekingen over handelsverdragen en investeringen van de EIB. Zo zal ze investeringen in de fossiele industrie afbouwen. Denk ook aan het ‘Carbon Border Adjustment Mechanism’. Dat moet er onder meer toe leiden dat Europese producenten niet delokaliseren naar regio’s met lagere milieunormen.
Hoe meer de Europese bedrijven zich inschrijven in de hoge Europese ambities, hoe sneller en succesvoller we die ook kunnen waarmaken. Dus de groeikansen voor bedrijven liggen niet meer in ‘business as usual’, maar in vooroplopen in de EU-strategie.
Extra investeringsmogelijkheden daartoe biedt Horizon 2020, een R&I subsidieprogramma van de EU, dat al bestaat sinds 1984. Jaarlijks wordt slechts 10 à 15% van de ingediende projecten goedgekeurd, maar de beloning is dan ook hoog: de EU dekt 70 tot 100% van de kosten.
Hoe kunnen duurzaamheid en klimaattechnologie de Vlaamse bedrijven die internationaal willen ondernemen, helpen?
Duitse verpakkingswetgeving
Een concreet voorbeeld is de nieuwe, strengere verpakkingswetgeving in Duitsland. Mattias Popp van AHK debelux (Duits-Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel) verduidelijkt dat die ook van toepassing is op Belgische bedrijven die naar Duitsland exporteren.
Zo moeten ze zich verplicht bij een in Duitsland erkend terugnamesysteem voor huishoudelijke verpakkingen aansluiten. Dat is ook het geval als ze bijvoorbeeld alleen maar aan een distributeur leveren of aan kleine ambachtelijke bedrijven (bijvoorbeeld slagers, bakkerijen), horecabedrijven en openbare inrichtingen zoals ziekenhuizen, theaters of concertzalen.
Van Sustatool naar Sustatrade
Jan Van Den Einde, stafmedewerker bij FIT, benadrukt dat duurzaamheid in internationaal ondernemen geen voorbij waaiende hype zal zijn: “Vlaamse internationale ondernemers moeten absoluut mee zijn met dit verhaal om competitief te blijven.” Een manier om je duurzaamheidsresultaten te bekijken, is de Sustatool, gratis te vinden op de website www.sustatool.be . Het is een ‘plan-do-check-act’ managementinstrument dat het hele bedrijf betrekt in het duurzaamheidsbeleid, niet enkel de milieu- of duurzaamheidsverantwoordelijke.
Sustatool werkt met 15 thema’s en honderden mogelijke acties. Het instrument geeft meteen ook mee welke de meest relevante SDG is die aan een actie vasthangt. In plaats van met de eigen Sustatool-thema’s te werken, kun je overigens ook vanuit de SDG’s vertrekken. Er is een dashboard met prestatie-indicatoren om je eigen acties op te volgen, plus- en minpunten te detecteren. Het instrument werkt in op de verbetering van producten en diensten, processen, de organisatie en de duurzaamheidsvisie en -strategie van je bedrijf. De Sustatool-resultaten kun je ten slotte gebruiken in duurzaamheidsrapportering.
Sustatrade, binnen afzienbare tijd online, is een extensie van de Sustatool die specifiek op internationale ondernemers gericht is. Hierin zitten de mogelijkheden én de valkuilen van duurzaamheidsthema’s bij internationaal ondernemen. Dit instrument zal een actiecatalogus met duurzaamheidsthema en KPI’s bevatten.

Daarnaast is alvast het Sustatrade Paspoort verschenen, een handige praktijkgids met acht prioritaire duurzaamheidsthema’s bij internationaal ondernemen, gekoppeld aan de SDG’s. Zo verwijst het paspoort naar andere gegevensbronnen die een overzicht geven van de relevante wetgeving in een land, een inschatting van bijvoorbeeld de het risico op kinderarbeid, corruptie en andere thema’s die relevant zijn in het kader van de SDG’s. De gids werd afgetoetst met een reeks Vlaamse bedrijven die reeds in het buitenland actief zijn.