Antoine Geerinckx
(Beeld: CO2Logic)

Antoine Geerinckx (CO2logic): “CO2-neutraliteit wordt benchmark voor consumenten en overheden”

De oventjesprojecten van CO2logic  – waarin mensen een efficiënter oventje ter beschikking krijgen zodat ze tot 50% minder hout of houtskool gebruiken – worden gefinancierd met geld dat bedrijven betalen om hun CO2-uitstoot die CO2logic niet kan reduceren, te compenseren. 

’t Kan verkeren. CO2logic kende na zijn opstart in 2006 enkele moeilijke jaren. Voor oprichter Antoine Geerinckx bestonden de dagen toen haast uitsluitend uit het contacteren van potentiële klanten. Vandaag hangt hij nog steeds dagelijks aan de telefoon, maar wel omdat die roodgloeiend staat. “We kunnen de vraag naar onze dienstverlening – bedrijven helpen CO2-neutraal te worden – amper bijhouden en zijn zelfs op zoek naar extra personeel. Bedrijven beseffen dan ook dat CO2-neutraliteit binnenkort een benchmark zal worden in het keuzegedrag van consumenten en overheden.”

CO2logic helpt bedrijven (deels) CO2-neutraal te worden. Daarvoor ontwikkelde het in 2007 een vierstappenplan. De eerste stap bestaat erin de huidige CO2-voetafdruk van het bedrijf te berekenen en beoordelen. Die berekening kan uitgevoerd worden voor het bedrijf an sich, producten, diensten, acties, evenementen … De berekening laat toe de CO2-gerelateerde opportuniteiten en risico’s objectief te definiëren. Zo krijgt het bedrijf een globaal overzicht van de verschillende impacten in CO2-equivalenten. In een volgende stap worden de meest dringende en meest interessante CO2-verminderingskansen gedefinieerd, waarna CO2logic het bedrijf begeleidt in de organisatie van diverse CO2-reducerende acties en financiering door derden.

CO2-neutraliteitslabel

Stap 3: wat momenteel niet gereduceerd kan worden, de zogenaamde CO2-restuitstoot, wordt gecompenseerd via de ondersteuning van gecertificeerde klimaatprojecten. Het is belangrijk hierbij op te merken dat alleen gecertificeerde klimaatprojecten voldoende waarborgen bieden voor een sterke klimaatstrategie. CO2logic staat op dat vlak gekend als dé Belgische expert. Communiceren over de genomen acties is de vierde en laatste stap. Bedrijven die een inspanning doen om hun klimaatimpact te verlagen, verdienen daar volgens CO2logic immers ook erkenning voor. CO2logic ondersteunt de bedrijven dan ook in hun interne en externe communicatie gericht aan alle stakeholders. Het voltooien van het vierstappenplan leidt tot het internationaal erkende CO2-Neutral label.

Zwarte sneeuw

“In 2006 heb ik CO2logic opgericht. De eerste jaren waren zeer, zeer moeilijk. Ik heb toen heel veel telefoontjes gepleegd. Telkens met dezelfde vraag: wij kunnen u helpen om uw CO2-uitstoot te berekenen en verminderen. Hebt u daar interesse in? Het antwoord was toen heel vaak ‘neen’”, vertelt Antoine Geerinckx, oprichter van CO2logic. “Ik herinner met zelfs een bankdirecteur die antwoordde ‘Maar meneer, wij stoten niets uit. Neem eerst eens contact op met Electrabel of ArcelorMittal’, terwijl een bank toen rond de 6 ton CO2 per werknemer per jaar uitstootte. Gelukkig waren er toch een paar visionaire CEO’s die wél geloofden in het (toekomstig) belang van CO2-neutraliteit, vooral bedrijfsleiders van familiebedrijven, viel op.” 

Europa koploper

Vandaag belt CO2logic zelf geen bedrijven meer op omdat het constant zelf gecontacteerd wordt. Het bedrijf volgt gewoon de vraag. “Je kan echt wel spreken van een shift van zero awareness naar full awareness. We willen anticiperen op de bijkomende vraag en gaan dit kwartaal 3 tot 5 extra mensen aannemen. Drie nieuwe collega’s zouden morgen al kunnen beginnen. Vandaag zijn we met zeventien en slagen we erin 2% van de totale Belgische CO2-uitstoot te verminderen en te compenseren, toch niet niks. En ook in Europa zijn we goed bezig. We zijn koploper op het vlak van het reduceren van de CO2-uitstoot, al gaat het nog altijd te traag.  We moeten ook opletten dat we koploper blijven. Elk land heeft wel één equivalent van CO2logic, maar we zouden het aantal organisaties dat doet wat wij doen, overal moeten kunnen optrekken.“ 

Geerinckx ziet met lede ogen aan hoe België achterblijft met het invoeren van een CO2-bijdrage op fossiele brandstoffen die we zouden kunnen gebruiken voor zaken met een toegevoegde waarde: energiezekerheid, eigen hernieuwbare energie, waterstofinfrastructuur, energie-efficiëntie … “Bedrijven kunnen ook voor zichzelf een vrijwillige CO2-taks invoeren. Ze plakken dan een fictieve prijs op een ton CO2. Dat zal ze stimuleren om minder uit te stoten, daar zijn experten het wereldwijd over eens. CO2-uitstoot die ze niet gereduceerd krijgen, kunnen ze dan vervolgens compenseren via klimaatprojecten. Het bedrag dat ze daarin investeren, is dan gelijk aan hun fictieve CO2-prijs maal het aantal uitgestoten ton. CO2-compensatie had, meestal door onbegrip, een negatieve connotatie, omdat je eigenlijk niet rechtstreeks iets doet aan je eigen uitstoot, maar we stellen vast dat bedrijven die compenseren, na het berekenen en verminderen ervan, hun CO2-uitstoot veel sneller reduceren dan bedrijven die dat niet doen, omdat ze ervoor betalen.”


Klimaatproject moet gecertificeerd zijn

“Het is wel belangrijk dat ze investeren in gecertificeerde klimaatprojecten. Een bedrijf kan intekenen op een plan dat voorziet in het planten van heel wat  bomen, maar hoeveel CO2 wordt met dat project juist gecompenseerd? En voor hoelang? En wat als die bomen ooit verdwijnen? Onze klimaatprojecten in ontwikkelingslanden als Burkina Faso, Benin, Congo, Oeganda … zijn gecertificeerd. We waren zelfs het eerste bedrijf ooit om een Gold Standard-certificaat te behalen, in Burkina Faso bijvoorbeeld. Het is meetbaar hoeveel CO2 ze compenseren, en hoelang. Zo’n certificaat behalen voor een klimaatproject is trouwens niet evident. Het kost ons twee tot vijf jaar. Wij werken in onze klimaatprojecten altijd met lokale ngo’s en kiezen bewust voor ontwikkelingslanden. Veel zaken – ontbossing, niet-duurzame landbouw … – die een invloed hebben op het klimaat in ontwikkelingslanden zijn te wijten aan armoede. De inwoners moeten hun grondstoffen verkopen om inkomsten te genereren. En ze putten die grondstoffen ook zelf uit. In ontwikkelingslanden koken nog te veel mensen op houtskool. Je kan hen dat niet kwalijk nemen, want hoe zouden ze het anders moeten doen? Maar productie van houtskool is een van de grootste oorzaken van illegale ontbossing in ontwikkelingslanden. Daar proberen we met onze oventjesprojecten – waarin we inwoners voorzien van een efficiënter oventje zodat ze tot 50% minder hout of houtskool gebruiken – bijvoorbeeld iets aan te doen, en dat financieren we dus met geld dat bedrijven ons betalen om hun CO2-uitstoot die we niet kunnen reduceren, te compenseren. Zonder de financiële bijdrage van bedrijven zouden die projecten niet kunnen doorgaan en zou er meer ontbossing en dus CO2-uitstoot zijn.” Een studie van de Stanford University wees volgens Geerinckx trouwens uit dat de echte kost voor de maatschappij per uitgestoten ton CO2 220 dollar bedraagt. “Een bedrag dat helaas niemand op zich neemt en momenteel eigenlijk doorgeschoven wordt naar toekomstige generaties.” 

Geerinckx voorspelt dat de competitiviteit tussen bedrijven zich in de toekomst ook zal afspelen op vlak van CO2-neutraliteit. “En dat is natuurlijk alleen maar toe te juichen. Heel wat bedrijven beginnen te beseffen dat in een samenleving waarin de nadruk steeds meer komt te liggen op duurzaamheid, CO2-neutraliteit een benchmark zal worden voor consumenten en overheden. Zodra de hele bedrijfswereld van dat idee overtuigd is, zal het snel gaan.” 

Microsoft geeft goede voorbeeld

Het goede voorbeeld wordt alvast gegeven door Microsoft en andere bedrijven die het CO2-Neutral label dragen. De Verenigde Staten hebben nog geen CO2-taks, maar toch heeft het computerbedrijf zichzelf als doel gesteld nog dit jaar volledig CO2-neutraal te zijn. Bijzonder is dat het ook voor zijn historische klimaatimpact zijn verantwoordelijkheid wil opnemen. Het wil al de CO2 die het sinds zijn oprichting in 1975 geproduceerd heeft, compenseren. 

Nog meer diensten

Naast bedrijven helpen om CO2-neutraal te worden, biedt CO2logic nog meer diensten aan. Zo onderzocht het bedrijf twee jaar geleden met machines die het daarvoor speciaal bestelde in Frankrijk de luchtkwaliteit van het eigen kantoor. “Daaruit bleek dat de luchtkwaliteit in de namiddag niet zo goed was en er te veel CO2 in de lucht hing en we op woensdagavond formaldehydepieken hadden. Vanuit de bewustwording dat dat waarschijnlijk bij veel andere bedrijven ook het geval is, ontstond Airscan.org, als een spin-off van CO2logic. Met Airscan.org bieden we bedrijven dus een kwantitatieve evaluatie aan van hun luchtkwaliteit in het gebouw. De insteek is dezelfde als die van de corebusiness: met cijfers aantonen dat het anders moet.”

Green-Tripper.org is dan weer een online platform van CO2logic dat mensen en bedrijven in staat stelt verschillende vervoersmiddelen te vergelijken op het vlak van CO2-impact. Heel binnenkort wordt ook nog Naturalogic, een jong Brussels bedrijf dat bedrijven wil begeleiden in de transitie naar een bewustere omgang met ons natuurlijk kapitaal, geïntegreerd in CO2logic.

Nieuwsbrief

In je mailbox: aankondigingen van opleidingen, events, nieuws en inzichten over duurzaamheid.

"*" indicates required fields

This field is for validation purposes and should be left unchanged.