De Europese Rekenkamer (ERK) vreest dat de EU achterop raakt in haar streven om wereldleider te worden op het gebied van batterijen. In een rapport stelt de Rekenkamer dat de toegang tot grondstoffen, samen met stijgende kosten en sterke concurrentie, het grootste obstakel blijft.
De EU heeft de voorbije jaren het industriebeleid rond batterijen doeltreffend bevorderd, meent de ERK. Toch kan het tekort aan grondstoffen een bepalende factor zijn, in negatieve zin dan. Volgens de Rekenkamer zouden de inspanningen van de EU om haar productiecapaciteit van batterijen te verhogen onvoldoende kunnen zijn om aan de toenemende vraag tegemoet te komen. Meer zelfs, volgens de auteurs van het rapport dreigt Europa haar nulemissiedoelstelling voor 2035 niet te halen.
Batterijen van strategisch belang
In die emissiedoelstelling is de verkoop van nieuwe benzine- en dieselwagens vanaf 2035 verboden. De wereld gaat steeds meer elektrisch, in 2021 was bijna één op vijf van de nieuw geregistreerde auto’s elektrisch aangedreven. Om de doelstellingen te halen zijn batterijen dus van strategisch belang voor de EU. Alleen, de Europese batterij-industrie loopt achter op de concurrenten, in hoofdzaak China dat goed is voor driekwart van de wereldwijde productiecapaciteit. In 2018 heeft de Europese Commissie een actieplan gepubliceerd voor strategisch leiderschap, wetgeving en financiering.
“De batterij-industrie van de EU mag niet in dezelfde afhankelijke positie terechtkomen als de aardgasindustrie”, weet Annemie Turtelboom (Open VLD en ERK-lid). De economische soevereiniteit van de EU staat op het spel. We bevinden ons echter mogelijk in een zwakke positie wat betreft de toegang tot grondstoffen, aantrekkelijkheid voor investeerders en kosten.” Tussen 2014 en 2020 kreeg de industrie ruim 1,7 miljard euro aan subsidies en leningsgaranties, bovenop de maximale staatssteun van 6 miljard euro. Volgens de ERK heeft de Europese Commissie echter geen overzicht van alle overheidssteun, wat een goede coördinatie en doelgerichte aanpak in de weg staat.
Geopolitieke en economische belemmeringen
Ook al ontwikkelt de Europese productiecapaciteit razendsnel (potentieel tot 1.200 GWh in 2030), toch zijn er geen garanties door mogelijke geopolitieke en economische belemmeringen. Zo bestaat de kans dat batterijfabrieken de EU passeren omdat ze elders, zoals in de VS, rechtstreeks de productie van mineralen en batterijen subsidiëren. Daarnaast is de EU sterk afhankelijk van de toegang tot grondstoffen. Die komen vaak uit landen (Australië, Zuid-Afrika, Gabon,…) waarmee ze geen handelsovereenkomst heeft. Een derde factor is de stijgende grondstof- en energieprijzen.
lees ook
76 procent meer elektrische auto’s op Europese wegen
De auditeurs van de Rekenkamer bekritiseren het gebrek aan gekwantificeerde, tijdsgebonden doelstellingen. De verwachting is dat er tegen 2030 ongeveer dertig miljoen emissievrije voertuigen in Europa rijden en dat vanaf 2035 zowat alle nieuw geregistreerde voertuigen op batterijen tuffen. Alleen, in de huidige strategie gaat Europa volgens de Rekenkamer niet na of de batterij-industrie over voldoende capaciteit beschikt om aan de vraag te voldoen. De ERK waarschuwt voor twee ‘worstcasescenario’s’: één waarbij het verbod op auto’s met een verbrandingsmotor zal moeten worden uitgesteld tot na 2035 en een tweede waarbij zal worden ingezet op batterijen en elektrische auto’s van buiten de EU.
Het volledige rapport is hier te raadplegen.