Verwerking van voedingsafval tot biogas
foto: Renewi

Renewi verwerkt etensresten tot biogas en meststof

Een derde van het wereldwijd geproduceerde voedsel verdwijnt in de vuilnisbak, vooral in de westerse wereld. Een groot deel daarvan komt voor rekening van de huisgezinnen. Maar ook de voedingsindustrie, kantines en de horeca produceren nogal wat voedselresten. Dat kan binnenkort niet meer. Een Europese richtlijn die eind 2023 van kracht moet zijn, werd door de Vlaamse overheid al voor een deel omgezet en is dit jaar dus al van kracht. Technieken om voedselafval te valoriseren zijn er al een hele tijd. 

Eind 2023 wordt een Europese richtlijn van kracht die huishoudens en bedrijven verplicht om biologisch afval aan de bron te scheiden en te recycleren. De Vlaamse regering besloot alvast dat bedrijven en instellingen die minstens één warme maaltijd per week serveren, hun keukenafval en etensresten apart moeten sorteren, sinds het begin van dit jaar. Hetzelfde geldt voor supermarkten met een netto verkoopoppervlakte vanaf 400m2. Per sector zijn de voorwaarden specifiek. Zo gelden ze voor horecazaken die meer dan 50 maaltijden per dag serveren, voor scholen met meer dan 300 leerlingen die minstens 1 warme maaltijd per week aanbieden, voor woonzorgcentra (met meer dan 30 bedden) en ziekenhuizen (met meer dan 25 bedden) die minstens 1 warme maaltijd per dag serveren. En voor kantines van alle bedrijven en instellingen met meer dan 100 werknemers.

Voordelen voor bedrijven

Op het eerste gezicht zou je de nieuwe regelgeving kunnen zien als de zoveelste bijkomende verplichting voor bedrijven en instellingen. De website van OVAM nuanceert dat en haalt de maatschappelijke meerwaarde aan:

  • Er gaat minder voedsel verloren.
  • We beperken het restafval dat verbrand moet worden.
  • Keukenafval en etensresten gaan niet verloren: we maken er meststoffen en biogas mee.
  • Het biogas zetten we om in groene energie voor gezinnen en bedrijven.
  • De organische meststof gebruiken we voor een gezondere bodem.

Stephan Claes, Innovation Manager bij ‘waste-to-product’-bedrijf Renewi, ziet ook concrete voordelen voor bedrijven: “Er is wel degelijk een financiële return: de scheiding van voedselafval zorgt voor een kleiner volume aan restafval, dat dan ook minder frequent opgehaald moet worden. Dat is een kostenbesparing voor een bedrijf. Bovendien is er minder geurhinder van het restafval, doordat het voedingsafval in een aparte container zit, die wij wekelijks ophalen.” 

Verwerking voedselresten

Renewi zamelt verpakte en niet-verpakte voedselresten in uit de voedingsindustrie, de horeca en supermarkten. Die worden vervolgens verwerkt op de site in Kampenhout. Het bedrijf verwerkt er niet minder dan 12.000T voedselafval per jaar. Dat zijn voor een deel onverpakte (snijafval, keuken- en tafelresten…), maar voor een deel ook verpakte producten zoals(voedsel dat ‘over tijd’ is. In een eerste stap worden voeding en verpakking gescheiden. Een machine scheurt en perst de verpakkingen. Het overblijvende verpakkingsafval bestaat vooral uit snippers papier, karton, plastic, piepschuim, aluminium, blik… “Glas proberen we zo veel mogelijk te vermijden”, zegt Stephan Claes, “onze installatie kan dat wel aan, maar glassplinters in onze eindstroom zijn niet gewenst. Vanuit de horeca komt er hoe dan ook weinig glasafval, maar soms merken we wel dat er in afval van supermarkten wat glas zit.” Voor het verpakkingsafval heeft Renewi niet meteen een optimale oplossing: het wordt afgevoerd voor verbranding met energierecuperatie. Stephan Claes: “Het gaat om een goeie 10% van het tonnage afval uit de voedingsketen dat we binnenkrijgen. We zoeken wel naar alternatieven om ook dat verpakkingsafval nuttig in te zetten, maar dat vergt een verdere sortering op onze site in Kampenhout. We zouden dan bijvoorbeeld zuivere fracties van een bepaald soort plastic moeten kunnen overhouden. Dat is nog niet het geval, maar we onderzoeken de mogelijkheden wel.” 

Biogas & meststof

Het organisch afval (de voedingsresten) wordt tot een brij gemixt. Het grootste deel van die mix (10.800 T) wordt verkocht aan agrarische of industriële vergistingsbedrijven. De vergisting gebeurt in anaerobe installaties, waarbij bacteriën het voedsel afbreken. Hieruit ontstaat methaan (biogas) en een digestaat: uitgegist afval. Dat laatste kan gebruikt worden als meststof voor de land- en tuinbouw. Daarmee is de voedselcirkel rond. 

Een nieuwe piste om die voedselcirkel rond te maken, is het afval als voeder voor insectenlarven gebruiken, die op hun beurt verwerkt worden tot veevoeder. Dat kan een hoop besparen op eiwitproductie voor veevoeder via landbouwgronden. Daarmee wordt geëxperimenteerd, maar de wetgeving op de voedselveiligheid laat niet toe om het vandaag al in de praktijk te brengen.

Het biogas wordt in verbrandingsmotoren gebruikt om zo groene stroom produceren. De bestaande vergistingsbedrijven gebruiken de opgewekte warmte vaak intern, en leveren de stroom aan het elektriciteitsnet. In principe kan het biogas, na omzetting tot groen gas ook in het aardgasnet geïnjecteerd worden of ingezet als CNG (compressed natural gas) voor voertuigen. “Voedselafval omzetten naar groen gas gebeurt in Vlaanderen nog niet veel”, zegt Stephan Claes, “maar onder meer de Kempische intercommunale IOK levert al wel groen gas uit gft-afval.”

Er zijn zo’n 40 vergistingsbedrijven in Vlaanderen. Stephan Claes: “Die zijn overal verspreid, met een concentratie in gebieden met veel dierlijke mestproductie, zoals West-Vlaanderen of de Noorderkempen.” De vergisting gebeurt voor een deel ook in de Renewi-vestiging in Roeselare. Het biogas drijft een gasmotor aan, waarbij de vrijgekomen warmte gebruikt wordt om slib uit de chemische sector te drogen. De koek die daarvan overblijft, wordt als brandstof in cementcentrales gebruikt. 

Lokaal & korte keten

Biogas kan bijdragen aan de toename van het aandeel hernieuwbare energie in onze energiemix. De vergistingsinstallaties kunnen continu draaien en zijn niet afhankelijk van weersomstandigheden, zoals wind- en zonne-energie. Een groot voordeel van de vergistingsinstallaties is bovendien dat ze kleinschalig zijn, en dus lokaal ingezet kunnen worden: overal wordt voedselafval geproduceerd. Ze bieden dus ook mogelijkheden voor energieproductie en werkgelegenheid dicht bij huis en in een korte keten. In tegenstelling tot grootschalige verbrandingsinstallaties die overzees hout importeren, dat dan bovendien niet gebruikt wordt in een nuttige producttoepassing. 

Meer artikels over biogas

Nieuwsbrief

In je mailbox: aankondigingen van opleidingen, events, nieuws en inzichten over duurzaamheid.

"*" indicates required fields

This field is for validation purposes and should be left unchanged.