Als wereldwijd actief non-profitplatform, promoot r3.0 een meer transparante rapportering van bedrijfsresultaten, met als bedoeling te evolueren naar een meer groene, inclusieve, open en duurzame economie. Het is immers van mening dat heel wat multinationals wel inzetten op duurzaamheid, maar geen échte duurzaamheidsrapporten publiceren. Blueprints op de website van r3.0 en trainingen moeten daar verandering in brengen.
R3.0, vandaag wereldwijd en vooral digitaal actief, ontstond in 2013 in Duitsland, vanuit de idee dat bedrijven nog al te vaak een louter financieel verslag uitbrengen omdat de aandeelhouders het bedrijf gewoon winst willen zien maken en daarvoor bepaalde benchmarks hanteren. Volgens r3.0, een naam die staat voor de woorden redesign, resilience en regeneration (herontwerp, veerkracht en regeneratie), moeten bedrijven echter meer dan enkel een financieel verslag uitbrengen. Duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen laat zich immers niet uitdrukken in zo’n klassiek jaarverslag. Daarom moet volgens r3.0 de hele informatiestructuur worden herdacht.
R3.0 is van mening dat bedrijven die toch een duurzaamheidsverslag uitbrengen, dat vaak op een verkeerde manier doen. Een manier die goed in hun kraam past. Ze rekenen hun duurzaamheidsinspanningen af op basis van voorgaande jaren. Wat ze doen op het vlak van duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen, vergelijken ze met pakweg vier of vijf jaar geleden, de zogenaamde Environmental, Social and Governance (ESG)-Progress. Die zegt volgens r3.0 eigenlijk niets. Het noemt de praktijk ‘the illusion of progress’.
Vier thema’s
Om daar iets aan te doen, wil r3.0 bedrijven die daarvoor openstaan helpen het meten en vormgeven van de resultaten anders aan te pakken. Het doet dat aan de hand van vier grote thema’s. Het eerste thema is rapportage. Daarin geeft r3.0 een beeld van de manier waarop bedrijven zich volgens het non-profitplatform zouden moeten presenteren. Het financiële luik blijft natuurlijk belangrijk, maar de rapportage moet ook bijdragen aan de groene, inclusieve en open economie waar r3.0 naar streeft.
De daarvoor noodzakelijke accounting vormt het tweede thema. Voor zo’n veel vollediger jaarverslag, is uiteraard ook een andere manier van meten, verwerken en communiceren nodig. Een jaarverslag focust bij heel veel bedrijven zoals gezegd voorlopig nog op het financiële luik, maar de werkelijke bijdrage van een bedrijf hangt volgens r3.0 ook af van hoeveel natuurlijk, sociaal, intellectueel en menselijk kapitaal het creëert of vernietigt.
Het derde thema behelst de datavergaring. De meeste bedrijven vertrouwen op interne data, maar zonder externe data valt moeilijk te beoordelen of een prestatie al dan niet duurzaam is. Die externe data verzamelen vergt wel het nodige vertrouwen en een veilige data-infrastructuur en dat is een moeilijke oefening.
Uit die nieuwe manier van rapporteren, accounting en databeheer, volgt de vierde en laatste pijler: het ontwikkelen van nieuwe businessmodellen. Want wie meer open communiceert over zijn bedrijfsvoering, zal die normaliter ook willen verduurzamen. Over het ontwikkelen van die meer duurzame businessmodellen bestaan voorlopig nog geen richtlijnen, maar r3.0 geeft wel aanbevelingen in zogenaamde Blueprints. Over hoe die Blueprints moeten worden geïmplementeerd, heeft r3.0 ook een Blueprint geschreven, de Transformation Journey Blueprint.
Transformation Journey-trainingen
R3.0 geeft ook een Transformation Journey-training, een workshop die de parallel trekt met de beklimming van een berg en bedrijven helpt te evolueren naar meer transparante rapportering en daardoor hopelijk ook naar een meer duurzame bedrijfsvoering. R3.0 is een bescheiden organisatie, maar heeft een breed netwerk aan partners die helpen het r3.0-denken te verspreiden. Elke partnerorganisatie neemt eerst zelf deel aan zo’n Transformation Journey-training, waarna ze samen met r3.0 zo’n training kan opzetten. In een tweede fase mogen de partners de training ook zelf organiseren. Ze denken mee na over de ontwikkeling van de Blueprints.
Ander belastingsysteem
R3.0 wil bedrijven echter niet enkel enthousiasmeren voor meer transparante rapportering en ze zo aanzetten tot meer duurzame bedrijfsvoering, het wil zo ook het hele economische systeem veranderen. “De basis van een duurzaamheidscharter is: doe niets in je eigen generatie wat de volgende generaties kan belemmeren”, klinkt het. “Maar zo denken de mensen en dus ook bedrijven nog veel te weinig. We zitten immers vast in een systeem waarin duurzaamheid niet beloond wordt.”
Dat systeem moet daarom volgens r3.0 op de schop. Het is van mening dat er veel kan veranderen als we naast cost accounting ook benefit accounting hebben. Als bedrijven niet enkel de financiële kosten maar ook alles wat ze doen in het kader van welzijn naar buiten brengen, kunnen we evolueren naar true pricing, een nieuwe prijszetting die duurzame producten goedkoper maakt en niet-duurzame producten afstraft.
R3.0 benadrukt wel dat in die context een ander belastingsysteem een absolute noodzaak is. Vandaag heffen we belasting op arbeid, maar we zouden ook meer belasting kunnen heffen op rescources. In zo’n systeem worden bedrijven die duurzaam omspringen met grondstoffen beloond. Kanttekening is wel dat we daarbij moeten opletten dat we het niet weer enkel over de financiële boeg gooien, het belonen van duurzaamheid moet volgens r3.0 ook gebeuren op andere manieren dan enkel in vormen van economisch gewin.
Duurzaamheidscontext
R3.0 hamert er op dat er zoiets nodig is als een duurzaamheidscontext, wat aansluit bij het derde thema van het non-profitplatform. Met een kader waarin duurzame prestaties worden benoemd, is duidelijk op welk punt een bedrijf geen negatieve impact meer heeft. Zo’n kader vormt als het ware een meetlat waartegen een bedrijf zijn eigen duurzaamheid kan afmeten. Als je die meetlat niet hebt, meet je eigenlijk alleen het slechter of beter worden.
Er ligt dus nog veel werk op de plank en r3.0 wil alvast het goede voorbeeld geven. Het gaat zijn trainingsprogramma verder uitbreiden en er komt een tweede generatie Blueprints, die niet enkel meer zullen focussen op bedrijven, maar ook op overheden, multilaterale organisaties, stichtingen, het onderwijs en de financiële wereld. Die hebben ook een gigantische potentiële impact op een meer duurzame economie.
De r3.0-community telt intussen meer dan 7.000 internationale ervaringsdeskundigen en jaarlijks komen er daar 500 tot 1.000 bij. Het netwerk blijft dus groeien, en de noodzaak aan duurzame bedrijfsvoering en transparante rapportering daarover dus ook.
