In Belém, aan de rand van het Amazonewoud, is de dertigste VN-klimaattop (COP30) officieel van start gegaan. Zo’n 200 landen onderhandelen er over de volgende grote klimaatstap: de doelstellingen voor 2035, financiering voor ontwikkelingslanden en bescherming van tropische bossen.
De top wordt dit jaar gekenmerkt door scherpe tegenstellingen: China versterkt zijn klimaatambities en belooft een versnelde groene transitie, terwijl de Verenigde Staten geen vertegenwoordigers van hoog niveau sturen een teken van groeiende verdeeldheid op het wereldtoneel.
China kondigt versnelde groene transitie aan
Tijdens de openingssessies verklaarde Ding Xuexiang, vicepremier en speciale vertegenwoordiger van president Xi Jinping, dat China zijn volledige groene transitie in economie en samenleving zal versnellen. “China zal actief, maar met zorgvuldigheid, toewerken naar de piek in koolstofemissies en verder inzetten op duurzame groei,” aldus Ding.
Volgens hem heeft China al aanzienlijke vooruitgang geboekt in het behalen van zijn 2030-doelstellingen, waaronder de snelle uitbreiding van wind- en zonne-energie en het vergroten van de bosvoorraad. President Xi Jinping kondigde in september voor het eerst een absolute reductiedoelstelling voor 2035 aan, waarmee China zijn ambitie op het gebied van emissiereductie verhoogt.
China is momenteel verantwoordelijk voor ongeveer 30 procent van de wereldwijde CO₂-uitstoot, voornamelijk door zijn industriële omvang en het blijvende gebruik van steenkool. Toch benadrukt Beijing dat het zijn internationale klimaatverplichtingen ernstig neemt en actief wil bijdragen aan de mondiale groene transitie.
Drie prioriteiten volgens China
Vicepremier Ding schetste drie globale prioriteiten voor effectief klimaatbeleid. Ten eerste: vasthouden aan de juiste koers door milieubescherming te combineren met economische ontwikkeling, werkgelegenheid en armoedebestrijding, om zo mondiale welvaart te bevorderen. Ten tweede: van beloftes naar actie, waarbij ontwikkelde landen hun financiële en technologische verplichtingen nakomen en ontwikkelingslanden helpen hun klimaatdoelen te realiseren. En ten derde: meer openheid en samenwerking door handelsbarrières weg te nemen en de wereldwijde circulatie van groene technologieën te bevorderen.
Tijdens zijn ontmoeting met VN-secretaris-generaal António Guterres benadrukte Ding het belang van ware multilaterale samenwerking en een centrale rol voor de Verenigde Naties. China wil volgens hem bijdragen aan wereldvrede en duurzame ontwikkeling, onder meer via samenwerking rond het behoud van tropische regenwouden.
Verenigde Staten sturen geen delegatie van hoog niveau
In schril contrast met China’s actieve deelname kondigde het Witte Huis aan dat de Verenigde Staten geen “delegatie van hoog niveau” zullen sturen naar COP30. President Donald Trump heeft herhaald dat hij het Akkoord van Parijs opnieuw wil verlaten en de focus op fossiele energie wil versterken.
Volgens waarnemers is de Amerikaanse afwezigheid zowel symbolisch als strategisch. Voor landen die een sterk akkoord nastreven, betekent het minder kans op blokkades, maar het illustreert ook het wegvallen van Amerikaanse invloed in het mondiale klimaatbeleid.
De Leaders Summit, die donderdag en vrijdag voorafgaat aan de formele onderhandelingen, kent dit jaar minder belangstelling: minder dan 60 staatshoofden en regeringsleiders hebben hun komst bevestigd, tegenover 75 vorig jaar. Onder de aanwezigen zijn de Franse president Emmanuel Macron, de Duitse bondskanselier Friedrich Merz, de Britse premier Keir Starmer, EU-Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en prins William, die koning Charles vertegenwoordigt.
De Belgische premier Bart De Wever zal niet aanwezig zijn, wat het eerste Belgische premierloze COP-optreden sinds 2018 markeert.
Focus van de top: actie, niet woorden
De Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva wil dat COP30 de “COP van de waarheid” wordt. “De tijd van mooie woorden is voorbij. We moeten uitvoeren, niet enkel praten,” zei hij tijdens de openingsceremonie. António Guterres sloot zich daarbij aan: “We moeten uitvoeren, uitvoeren en uitvoeren.”
Na jaren van trage vooruitgang en politieke verdeeldheid is deze top voor veel landen een lakmoesproef: kan multilaterale klimaatactie nog werken?
Nieuwe klimaatdoelen en de rol van het Amazonewoud
Tijdens COP30 moeten landen hun aangepaste klimaatplannen voor 2035 indienen. Het VN-Syntheserapport concludeerde onlangs dat de huidige beloften slechts leiden tot een daling van 10 procent van de uitstoot, terwijl een reductie van 60 procent nodig is om onder de grens van 1,5 graad opwarming te blijven.
Belém is bewust gekozen als gaststad: het ligt aan de rand van het Amazonewoud, dat meer dan 120 miljard ton koolstof opslaat. Brazilië wil de conferentie gebruiken om het belang van bossen als natuurlijke klimaatbuffers te onderstrepen.
Met de lancering van het Tropical Forests Forever Facility (TFFF), een fonds van 125 miljard dollar, wil het land investeringen in bosbescherming koppelen aan economische opbrengsten via koolstofmarkten en duurzame handel.
Een top op het kruispunt
De dertigste VN-klimaattop is daarmee meer dan een symbolische mijlpaal: het is een test voor de geloofwaardigheid van het mondiale klimaatbeleid. Terwijl China zijn ambities opschroeft en Europa vasthoudt aan haar reductiedoelen, blijft de afwezigheid van de VS een schaduw werpen over de onderhandelingen.
Of COP30 echt de “COP van de actie” wordt, zal blijken in de komende dagen, wanneer woorden moeten worden omgezet in concrete emissiereducties, financiering en beleid.
