Belfius is de enige bank die erop is achteruitgegaan wat ethisch investeren betreft. Alle andere banken gaan er licht op vooruit in de nieuwe ‘Bankwijzer’ van Fairfin, maar kleine spelers doen het beduidend beter dan grootbanken.
Belfius volgde tijdens de vorige analyse nog een duurzaamheidsbeleid van een extern bureau. Maar die samenwerking is stopgezet en de bank vertrouwd nu op haar eigen beleid, dat een stuk minder uitgebreid is. Daardoor scoort ze dit jaar dus aanzienlijk slechter in nieuwe Bankwijzer. Dat is een rapport waarin ngo Fairfin het investeringsbeleid beoordeelt van banken op tien thema’s, waaronder klimaat, natuur en mensenrechten.
3,7 miljoen klanten
Vooral de zwakke score rond biodiversiteit valt op: de bank heeft hierover zeer weinig concreet beleid, zegt Fairfin, en zou dus in principe kunnen investeren in bijvoorbeeld schadelijke mijnbouw, ontbossing of bedrijven die het grondwater vervuilen.“Dat is zorgwekkend.” zegt Lara Sarcinella van FairFin. “Belfius beheert het geld van maar liefst 3,7 miljoen klanten. Dat zijn enorme sommen geld die vervolgens met vrij weinig richtlijnen worden beheerd.”
De lage score van Belfius valt op, want de bank is als enige volledig in handen van de Belgische overheid. “De overheid zou dus kunnen ingrijpen en ervoor kiezen om Belfius net in te zetten als hefboom voor positieve verandering”, zegt Sarcinella.
Grote en kleine banken
Alle andere banken gaan er licht op vooruit. Toch merkt FairFin nog steeds een grote kloof tussen grootbanken en kleine banken. De grootbanken (Belfius, BNP Paribas, KBC, ING en Deutsche Bank) scoren beduidend slechter. Dat komt omdat hun beleid vaak minder transparant is en meer achterpoortjes bevat, zegt Fairfin. Kleinere banken als Triodos, VDK en Argenta scoren over het algemeen hoog. Zij hebben vaak een consequent en concreet beleid, met algemene regels en minder uitzonderingen.
“De kloof in het beleid tussen kleine en grote banken is pijnlijk.” zegt Sarcinella. “Het zijn net de grootbanken die meer klanten hebben, meer geld controleren en dus de meeste impact hebben. Als zij hun beleid verstrengen, dan zorgt dat voor een structureel en significant verschil.”
