Juni is niet alleen rapportentijd op school. Ook België kreeg zopas zijn duurzame-doelstellingenrapport van de Verenigde Naties. En dat is weinig opbeurend: ons land tuimelde van de vijfde naar de achttiende plaats.
De Verenigde Naties lanceerden in 2015 “zeventien doelstellingen om onze wereld te transformeren”. Het gaat om mondiale duurzame ontwikkelingsdoelen – in het Engels: sustainable development goals (SDG’s) – met een deadline in 2030. De zeventien SDG’s overkoepelen de duurzame ontwikkeling van mens en planeet en dat gespreid over drie dimensies – de economische, sociale en milieudimensie. Elk jaar verschijnt er een rapport over de stand van zaken.
Drie rode scores
Vorig jaar stond ons land in dat Sustainable Development Report nog op de vijfde plaats. Vandaag is België in de lijst van 163 landen teruggezakt naar de achttiende plaats. Globaal genomen scoren we met 79,9 punten maar een beetje hoger dan het gemiddelde van 77,2. Alleen geen armoede (SDG 1) kreeg een groene score. Op dat vlak wist ons land de doelstellingen te behalen.
Alle andere doelstellingen vragen om bijkomende inspanningen. Dat geldt vooral voor verantwoorde consumptie en productie (SDG 12), klimaatactie (SDG 13) en leven in het water (SDG 14). Daar krijgt België een rode score, een ondermaats resultaat waar nog flink wat werk verzet moet worden.
Werk aan de winkel
Krijgen een oranje score en vragen met andere woorden ook nog veel aandacht: geen honger (SDG 2), goede gezondheid en welzijn (SDG 3), kwaliteitsonderwijs (SDG 4), schoon water en sanitair (SDG 6), betaalbare en duurzame energie (SDG 7), leven op het land (SDG 15) en partnerschappen om doelen te bereiken (SDG 17)
Iets beter gaat het met gendergelijkheid (SDG 5), waardig werk en economische groei (SDG 8), industrie, innovatie en structuur (SDG 9), ongelijkheid verminderen (SDG 10), duurzame steden en gemeenschappen (SDG 11), vrede, veiligheid en sterke publieke diensten (SDG 16) – al blijven ook hier uitdagingen aanwezig.
Europese top tien
De top drie wordt respectievelijk aangevoerd door Finland, Denemarken en Zweden. De volledige top tien bestaat trouwens uit Europese landen. Dat betekent allerminst dat Europa op haar lauweren kan rusten. Er zijn nog heel wat negatieve sociaal-economische en ecologische spillover-effecten te counteren, waaronder niet-duurzame handels- en toeleveringsketens.
Stagnering wereldwijd
Voor het tweede jaar op rij boekt de wereld geen vooruitgang meer met de SDG’s. Vóór de pandemie steeg de score gemiddeld met 0,5 punt. Dat is niet langer het geval. Zowel geen armoede (SDG 1) als waardig werk en economische groei (SDG 8) doen het slecht. Daarnaast verlopen ook de vooruitgang op het gebied van klimaat en biodiversiteit te traag.
