Honeywell heeft de Europese lancering aangekondigd van zijn 100 procent waterstofbestendige gasmeter. De slimme gasmeter is met succes getest in Nederland en maakt deel uit van een breder initiatief om aan te sluiten bij de doelstellingen zoals die staan beschreven in de Europese Green Deal, meldt het bedrijf in een persbericht.
De nieuwe gasmeter kan zowel aardgas als waterstof meten, en is te gebruiken in heel Europa. Bedrijven en huishoudens die de meter installeren voorkomen zijn op die manier klaar voor het moment dat netwerken overstappen op waterstof. Het ontwerp en de functionaliteit van de EI5 zijn getest en gecertificeerd door de Physikalisch-Technische Bundesanstalt (PTB), die de veiligheid, nauwkeurigheid en gereedheid voor het veranderende energielandschap waarborgt.
waterstofklaar
Volgens een rapport van de Hydrogen Council 2020 zouden dat de kosten van waterstof naar verwachting rond 2030 dalen. Hierdoor zal waterstof kunnen concurreren met andere alternatieven voor gas. Dit leidt ertoe dat grote nutsbedrijven zich inzetten om hun belangrijkste gasleidingen binnen de komende drie jaar gereed te maken voor waterstof. “De overgang naar schone energie is even noodzakelijk als complex,” zegt Ruud Busscher, programmamanager voor Energietransitie & Waterstof bij de Nederlandse Enexis Group. Honeywell leverde de nieuwe meters aan de groep voor een pilootproject in Wagenborgen.
lees ook
Waterstof à la façon belge – Belgische waterstofstrategie onder de loep
Het project transformeert woningen uit de jaren ’70 en integreert ze in een waterstofnetwerk met niet alleen de EI5-meters, maar ook een centrale waterstofketel voor verwarming met warm water. Beide partners nemen hierdoor een pioniersrol op zich bij het gebruik van groene waterstof door elektrolyse. “Dit project heeft als doel de manier waarop we opereren uit te dagen door een alternatief voor aardgas in de praktijk te gebruiken. We ontdekken hoe het bestaande netwerk zal worden beïnvloed door waterstof en welke nieuwe wegen kunnen worden ingeslagen voor een duurzame toekomst”, besluit Busscher.
