Een belangrijk onderdeel van de internationale klimaatinspanningen is ‘adaptatie’: acties om zich aan te passen aan de impact van een veranderd klimaat. Maar hoe kan men zich aanpassen aan de enorme verwoesting die klimaatverandering kan teweegbrengen, vraagt energie- en ontwikkelingsexpert Philippe Benoit zich af.
Een derde van Pakistan staat onder water en de omvang van de verwoesting is moeilijk te vatten. De ellende voor de getroffen inwoners is momenteel nauwelijks te overzien. Maar ook de komende maanden en jaren zal de schade aan infrastructuur, gebouwen en de economie zwaar wegen op het land.
Experts zijn er misschien nog niet uit in hoeverre de uitstoot van broeikasgassen de Pakistaanse weerpatronen in de war gestuurd hebben. Maar de omvang van deze ramp toont de tekortkomingen aan van noties als adaptatie als zinvolle strategie om de vernietigende kracht van klimaatverandering tegen te gaan.
Oorlogsverwoesting
Pakistan wordt geconfronteerd met het soort grootschalige vernietiging dat normaal alleen in oorlogen gezien wordt – en niet zomaar een oorlog, maar een totale oorlogsvoering die hele landen en regio’s verteert. Veel landen maakten dit mee tijdens de Tweede Wereldoorlog, andere in meer recente conflicten. In Pakistan was de boosdoener geen leger, maar een veranderend klimaat waarbij de uitstoot van broeikasgassen in onze atmosfeer minstens gedeeltelijk verantwoordelijk is.
Een kernaspect van de internationale inzet om de klimaatverandering aan te pakken is adaptatie. Dat wordt gedefinieerd als “actie om de effecten van klimaatverandering die al plaatsvinden te verzachten, en om zich te wapenen tegen de toekomstige impact”. Een ander kernaspect is mitigatie: het verminderen van de uitstoot.
Omdat onze historische, huidige en toekomstige uitstoot minstens een zekere mate van klimaatverandering zal teweegbrengen, moeten we inderdaad investeren in maatregelen die ons wapenen tegen onontkoombare veranderingen in weerpatronen en klimaat. Ook al proberen we via mitigatie te beperken in hoeverre ons klimaat zal veranderen, moet dit gebeuren.
Maar de recente gebeurtenissen in Pakistan illustreren de tekortkomingen van een adaptatiestrategie, in het licht van wijdverbreide verwoesting. Het idee dat we ons kunnen aanpassen aan zulke gebeurtenissen is tragisch misplaatst. Dat kunnen we niet, net zoals landen zich niet kunnen aanpassen aan de vernietiging van oorlog. Ze kunnen weerstand bieden, vechten en inzetten op herstel… Maar de tragedie die ze ondergaan, kan niet ongedaan gemaakt worden.
Verliezen beperken
Het aantal levens dat verloren gaat door klimaatverandering is misschien kleiner dan het aantal overlijdens door oorlog. Maar het vermogen van beide om zowel eigendommen, inkomens als economieën te verwoesten is vergelijkbaar.
De doelstellingen en maatregelen die voorgesteld worden binnen de adaptatiestrategie zijn de juiste. We moeten trachten om de verliezen te beperken die het veranderend klimaat teweegbrengt. We moeten ook herstel van extreme weerfenomenen bespoedigen, en zelfs potentiële kansen proberen te benutten.
We moeten dus investeren in klimaatresistente infrastructuur, gewassen die bestand zijn tegen droogte en andere aanpassingen doorvoeren in onze landbouwpraktijken. We hebben een betere weersvoorspelling nodig en instrumenten om elektriciteitsvoorzieningen sneller te herstellen, en nog een resem andere zaken. Al deze inspanningen moeten aangepast worden aan de veranderingen in ons klimaat. En, zoals veel klimaat- en andere experts beargumenteren, moeten er veel middelen gepompt worden in de adaptatiestrategie.
Schade en tragedie
Maar technocraten en politici uit het verleden waren misschien iets te snel om de terminologie van adaptatie, oftewel aanpassing, te hanteren. Wat er vandaag gebeurt in Pakistan toont aan dat een land zich niet écht kan aanpassen aan klimaatverandering en de potentieel enorme verwoesting die daarmee gepaard gaat. Dat geldt vooral voor ontwikkelingslanden, die de financiële middelen ontberen om extreme weerfenomenen te counteren.
Ook op kleinere schaal brengen de in frequentie en intensiteit toenemende bosbranden, hittegolven en overstromingen onherstelbare schade toe, en dat in zowel arme als welvarende landen. Mensen lijden verlies. Ze kunnen er misschien bovenop komen en hun huis of hun zaak heropbouwen, toch hebben ze schade geleden en zelfs tragedies meegemaakt. Mensen sterven vanwege klimaatverandering. Te veel gaat voor altijd verloren.
Er is in internationale klimaatkringen steeds meer discussie over de compensatie van “loss and damage” veroorzaakt door klimaatverandering. Dat soort financiering, dat onder meer gaat naar adaptatiemaatregelen, kan helpen. Maar het lost het probleem niet op, zeker gezien de enorme omvang van de verwoesting.
Misleidende term
Men kan van Pakistan niet verwachten dat het zich aanpast aan het blank staan van een derde van zijn grondgebied. Men kan van gezinnen niet verwachten dat ze zich aanpassen aan de tragedies die de klimaatverandering veroorzaakt.
Laten we een andere term zoeken die beter weergeeft wat binnen onze mogelijkheden ligt qua reactie op de klimaatverandering. Zo krijgen we een duidelijker beeld van de dreiging waarmee we worden geconfronteerd.
De internationale gemeenschap kan helpen om de schade die mensen in de toekomst zullen lijden te verminderen. Ook moet er steun zijn voor herstel en wederopbouw. Maar ons echt aanpassen aan de verwoesting die klimaatverandering kan veroorzaken, is een gevaarlijk misleidende gedachte.
Ja, er moet extra geld komen voor adaptatie en om armere landen te helpen reageren op klimaatrampen. Maar wat de gebeurtenissen in Pakistan laten zien, is dat er veel meer moet worden gedaan om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Want dat is de enige manier om de mate van klimaatverandering, en dus ook van de vernietigende kracht ervan, te beperken.