Het aantal meren op aarde is de afgelopen decennia sterk toegenomen en dat heeft belangrijke gevolgen, zeggen Deense wetenschappers. De veelal kleine meren zijn vaak echte “broeikasgasfabrieken”.
Dankzij satellietbeelden en artificiële intelligentie stelden wetenschappers van de Universiteit van Kopenhagen een gedetailleerdere kaart samen van alle meren ter wereld – 3,4 miljoen stuks. Daaruit blijkt dat het oppervlak aan meren tussen 1984 en 2019 wereldwijd is gegroeid met meer dan 46.000 vierkante kilometer – een oppervlakte vergelijkbaar met een land als Denemarken.
De toename is onder meer een gevolg van de klimaatverandering. Zo kan bijvoorbeeld smeltwater van gletsjers nieuwe meren vormen. Ook de aanleg van artificiële meren maar evengoed ondergelopen mijnen, kunnen tot nieuwe meren leiden.
De toename van het aantal meren is van groot belang voor klimaatmodellen, zeggen de onderzoekers, want de bacteriën en schimmels op de bodem stoten enorme hoeveelheden CO2, methaan en lachgas uit. Dat mechanisme zorgt ervoor dat meren zich gedragen als “broeikasgasfabrieken”. Ze schatten de uitstoot van alle meren wereldwijd op ongeveer een vijfde van de totale uitstoot uit fossiele brandstoffen. En uit de modellen blijkt dat die uitstoot nog zal toenemen.
Betere kennis
“Er waren de afgelopen decennia grote en snelle veranderingen en die hebben een grote invloed op niet alleen de uitstootcijfers, maar ook op ecosystemen en onze toegang tot waterbronnen”, zegt Jing Tang, hoofdauteur van de studie in Nature Communications. “Onze nieuwe kennis van de omvang en dynamiek van meren stelt ons in staat om hun potentiële uitstoot beter te berekenen.”
Vooral de toename van mini-meren – kleiner dan een vierkante kilometer – baart zorgen, omdat die in verhouding tot hun grootte de meeste broeikasgassen uitstoten. Hoewel de kleine meren maar 15 procent van de totale oppervlakte uitmaken, zijn ze verantwoordelijk voor een kwart van de totale CO2-uitstoot, en zelfs 37 procent van de methaanemissies.