Je ijskast, bureaulamp en computerscherm hebben een energielabel, dus waarom je software niet. WithSecure ijvert voor een standaard die de energie-efficiëntie van code weergeeft.
Je laptop bestaat uit recycleerbare materialen en bevat waarschijnlijk ocean bound-plastic. Is het tijd voor een nieuw toestel, dan heeft de fabrikant een recyclageplan met circulariteit in het achterhoofd. Zo gaat het ook bij servers. Efficiëntie is daar een prioriteit, niet alleen om Moeder Aarde te plezieren maar ook om te portefeuille te sparen. Energiescores en duurzaamheidslabels helpen ons zowel professioneel als privé om geïnformeerde beslissingen te maken.
Tot we van de fysieke wereld overstappen in de digitale. Om de energie-efficiëntie van software te meten, is er geen standaard. Het is nochtans de software die verantwoordelijk is voor de energie die de onderliggende hardware effectief gebruikt. Leszek Tasiemski, Vice President Product Management bij WithSecure breekt in de marge van de Sphere 2023-conferentie van het bedrijf een lans voor een oplossing.
(Goed) meten is weten
Tasiemski wil een energiescore voor software en maakte in november 2021 de belofte om in te zetten op duurzame code. “De reis is lang”, beseft hij. “De eerste uitdaging was om efficiëntie en duurzaamheid van software goed te meten. De eerste meetresultaten waren niet bruikbaar.” Intussen heeft WithSecure wel een systeem uitgewerkt om op een consistente manier de impact van eigen code in kaart te brengen.
“De focus ligt in eerste instantie op onze agents, en dan specifiek de Elements-agent voor Windows”, vertelt Tasiemski. Die agent is het kleine programma dat op endpoints draait en daar voor beveiliging zorgt en telemetrie verzamelt. “De impact van één agent is heel beperkt, maar er zijn er miljoenen.”
Optimaliseren zonder af te schrikken
De code optimaliseren is niet voldoende. Tasiemski merkt op dat verschillende functies in software een verschillende impact hebben. “Het is een uitdaging om op een goede manier aan gebruikers duidelijk te maken wat de energie-impact van een bepaalde functie is”, constateert hij.
Een oplossing lijkt simpel. “We zouden gewoon bij iedere functie de impact kunnen weergeven en op basis daarvan een energie-score berekenen voor een bepaalde configuratie”, zegt hij. “Maar zo’n aanpak heeft het ongewenste gevolg dat IT-beheerders door de score aangemaand worden om meer functies uit te schakelen, terwijl die misschien wel een meerwaarde bieden voor hun beveiligingsnoden.”
Nieuw onderzoek
WithSecure gaat nu in zee met de Poznan University of Economics and Business. Samen met de universiteit wil het beveiligingsbedrijf onderzoeken hoe de energie-impact van functies moet weergegeven worden op een gebalanceerde manier, zonder gebruikers onterecht een schuldgevoel aan te praten wanneer een functie meer verbruikt maar daar ook iets waardevols tegenover staat.
“Hierover bestaat eigenlijk nog geen onderzoek”, zegt Tasiemski. “Met het onderzoek gaan we leren wat goed is en ook kennis creëren waar anderen op kunnen verder bouwen. We willen het onderzoek publiceren en de bevindingen delen.”
Label voor iedereen
WithSecure hoopt op termijn ook andere partijen rond de tafel te krijgen. De ambitie is om op basis van onderzoek en objectieve parameters een reeks van standaarden te ontwikkelen om code mee te beoordelen. “Zo’n standaard voor energie-efficiëntie van applicaties zal verkopers aanzetten om in dat domein te optimaliseren”, denkt Tasiemski.
lees ook
Carbon+Alt+Delete haalt 600.000 euro op voor slimme software om klimaatimpact van bedrijven te reduceren
Hij beseft dat WithSecure geen onafhankelijke partij is en op z’n ééntje niet zoveel kan doen. De beveiligingsspecialist praat wel al met de Finse overheid en hoopt uiteindelijk de EU te beïnvloeden om tot een set van standaarden te komen.
In welke mate de oproep effect zal hebben, is onduidelijk. Tasiemski en WithSecure wachten in ieder geval niet op medestanders en proberen het goede voorbeeld te geven. Ze zoeken actief naar partners, zowel bij bedrijven als in de academische wereld. De reis naar een ecolabel voor software is nog lang, maar de eerste stappen zijn gezet.