Technologiereus Google heeft het milieurapport 2022 voorgesteld. Het Amerikaanse bedrijf wil de verduurzaming doortrekken en heeft één grote doelstelling, het waterverbruik drastisch verminderen. Ecotips kreeg voorafgaand aan de voorstelling de kans om over de doelstellingen te praten tijdens een exclusieve videocall. Tijdens de meeting bleek dat Google ook het datacenter in Saint-Ghislain flink wil verduurzamen.
Elk bedrijf, groot of klein, krijgt duurzaamheid op het bord. Dat geldt nog meer voor grote internationale spelers, en energievreters, zoals Google er één is. Op 24 locaties wereldwijd heeft het internetbedrijf grote datacenters neergepoot. Die hebben allemaal koeling nodig en net daar blijkt nog veel verbetering mogelijk op vlak van duurzaamheid en ecologisch omgaan met het kostbare goedje. Om meer uitleg te geven bij het jaarrapport en vooral de toekomststrategie schoven Ben Townsend (hoofd duurzaamheid datacenters) en Adam Elman (EMEA hoofd duurzaamheid) mee aan tafel.
Jaarrapport 2022
Google haalt in het rapport (vrij vanzelfsprekend) de loftrompet boven over de prestaties op duurzaamheidsvlak. Tegen 2030 wil het bedrijf carbonvrij draaien. Om dat doel te bereiken zet Google in op twee groeikansen: Enerzijds wil het via artificiële intelligentie een meer duurzame en milieuvriendelijke push geven aan het bedrijf. Anderzijds wil Google via informatiecampagnes andere organisaties, bedrijven en burgers aanzetten om de CO2-uitstoot te verminderen.
Het bedrijf heeft in 2022 meer dan 1,2 miljoen metrische ton CO2-emissies vermeden door gebruikers van Google Maps langs ecologisch verantwoorde routes te sturen. De Amerikaanse internetreus sloot meer dan 20 overeenkomsten af voor het gebruik van hernieuwbare energie. Die weg blijft het bedrijf verder zetten en calculeert daarvoor een investering in van om en bij de vier miljard dollar. Water is een laatste belangrijke pijler waar het bedrijf op inzet, en dat nog verder wil doen. In 2022 zorgen verschillende projecten ervoor dat ruim één miljard liter opgevangen en teruggegeven werd aan de omgeving.
Datacenters koelen
Tijdens ons gesprek nam Ben Townsend als eerste het woord. De sympathieke Amerikaan is afkomstig uit een staalfamilie en zag van kindsbeen hoe belangrijk water is. “Ik wilde altijd wat doen met duurzaamheid, en dan zeker op vlak van waterbeheer. Bij Google kreeg ik de kans om daar echt mee aan de slag te gaan. Datacenters hebben ontzettend veel koeling nodig en dat kan op verschillende manieren. De meest gebruikte zijn lucht- en waterkoeling of een combinatie van beide. Bij Google zoeken we per regio wat de beste manier is want elk systeem heeft voor- en nadelen. We kijken naar de totale energie-efficiëntie”, aldus Ben Townsend.
De waterstrategie bij Google is gestoeld op drie pijlers. Naast verantwoord en transparant gebruik op lokaal niveau zijn dat langetermijn-denken en het publiek beschikbaar maken van (rest)water. “Ook al hebben we al veel inspanningen gedaan, er liggen nog kansen”, weet Adam Elman. “Zo willen we nog meer inzetten op hergebruik van water. Tegen 2030 is onze doelstelling om waterpositief te zijn. Dat wil zeggen dat we in onze datacenters meer water willen teruggeven aan de buurt dan we gebruiken. Dat kan door regenwater op te vangen, maar ook door herwaardering van afvalwater, enzovoort.”
Saint-Ghislain
In 2010 nam Google een datacenter in het Waalse Saint-Ghislain in gebruik, het enige (voorlopig) in België en één van de 24 wereldwijd. Het was de eerste site van Google die volledig draaide op een geavanceerd koelingssysteem door verdamping van water. Dat water haalt de site grotendeels uit het nabijgelegen industriekanaal. Vorig jaar verbruikte dat datacenter liefst 1,5 miljard liter water. Het grootste deel, ruim 96 procent, bestond uit niet-drinkbaar water. Vorig jaar loosde de site in Saint-Ghislain ruim 450 miljoen liter water. Daardoor behoort het tot de top acht van Google-datacenters dat het meeste water liet weglopen.
lees ook
Google wil tweede nieuw en duurzaam datacenter bouwen in Henegouwen
Het is de Google-topmensen ook duidelijk dat er op dat vlak nog verbetering mogelijk is. “Vaak gaat het om water dat, op dit moment, niet kan worden opgewaardeerd en hergebruikt”, verklaart Ben Townsend. “We willen de komende maanden en jaren samenwerken met de bedrijven in de buurt om te zien op welke manier we overtollig water kunnen herwaarderen en hergebruiken. Het is op elke site de bedoeling om waterpositief te zijn en daarvoor willen en moeten we samenwerken met de buurt.”
